Utrechter Joël helpt als vrijwilliger in Oekraïense stad Irpin: '100 procent veilig is het nooit'

Joël Visser bouwt tiny houses in getroffen oorlogsgebied in Oekraïne
Joël Visser bouwt tiny houses in getroffen oorlogsgebied in Oekraïne © Joël Visser
Utrecht - Al voor de vierde keer vertrok Utrechter Joël Visser afgelopen vrijdag naar de Oekraïense stad Irpin. Hij helpt, samen met een groep vrijwilligers van stichting Hope4Ukraine, met de wederopbouw van het door oorlog geteisterde gebied.
Toen op 24 februari 2022 de oorlog uitbrak in Oekraïne, was de stad Irpin met zo'n 60.000 inwoners de frontlinie in de strijd om Kiev. Sindsdien organiseert de Nederlandse stichting Hope4Ukraine hulptransporten. Gemiddeld gaat er één tot twee keer per maand een vrachtwagen met hulpgoederen richting Oekraïne. Via Irpin worden de hulpgoederen weer doorgestuurd naar het zuiden of oosten van het land. Daarnaast wordt er geprobeerd om groepen Nederlanders zover te krijgen om die kant op te gaan.
Vorig jaar juni reisde Joël Visser voor het eerst af naar Irpin. "Erg spannend, want 100 procent veilig is het nooit", vertelt hij. Voor de oorlog uitbrak had Visser er al veel vrienden en hij wilde graag iets terugdoen. "Door de Russische bezetting is er destijds zoveel schade aangericht aan gebouwen en woningen van willekeurige burgers”, vertelt Visser.
De eerste paar maanden was niet alles op voorraad, vooral in het westen van Oekraïne moest er veel op gang komen. “De bouwmarkten zijn gewoon open, maar het is niet dat alles net zo snel gaat als in Nederland qua levering van bouwmaterialen.” Toch wordt er met man en macht gewerkt aan de wederopbouw van de stad, in samenwerking met de lokale bevolking. Zo worden er huizen hersteld, tiny houses gebouwd en andere herstelwerkzaamheden verricht. “We hebben intussen al twintig tiny houses gebouwd. Voornamelijk voor weduwen en voor moeders met kinderen waarvan de vaders aan het front vechten of zijn omgekomen. Wat ik bijzonder vind om te zien, is hoe gepensioneerde mannen muren metselen terwijl hun zonen in de oorlog vechten.”
Vaak hoort hij van de lokale bevolking dat de fysieke aanwezigheid van de vrijwilligers naast de praktische hulp een motiverende werking heeft. "Toen ik de laatste keer vertrok uit het gebied, had ik een gek gevoel in mijn buik. Het was moeilijk om de mensen daar achter te laten, wetende dat zij 24/7 in deze oorlog zitten, zonder te weten hoe de volgende maand eruitziet. Nu horen ze niet alleen van mensen ‘ver weg’ dat ze hen steunen, maar ook dat ze daadwerkelijk hierheen komen om te helpen ondanks de risicovolle situatie. Het geeft ze kracht om door te gaan.”
Morgenochtend vertrekt Visser weer richting Nederland.
Joël Visser over zijn vrijwilligerswerk in de Oekraïense stad Iprin