Alle iepen weer een prikje; gemeente Utrecht begonnen met jaarlijkse iepenvaccinatie

© RTV Utrecht
Utrecht - Met een hele grote spuit is de gemeente Utrecht vandaag begonnen met het jaarlijks injecteren van de iepen. De bomen krijgen een vaccin toegediend dat ze moet beschermen tegen de Iepenziekte. Het is een van de manieren waarop de gemeente voor haar bomen zorgt, want gezonde bomen zijn niet altijd even vanzelfsprekend. “Het is niet zo dat je een boom plant en er daarna geen omkijken meer naar hebt.”
Een kerngezonde iep die besmet raakt met de iepenziekte kan in het ergste geval binnen zes weken sterven. De ziekte wordt verspreid door een kever die de schimmel bij zich draagt. De schimmelsporen komen in de boom wanneer de kever eraan knaagt. Het geïnfecteerde deel sterft dan snel af. Als een boom niet beschermd is, verspreidt de schimmel zich verder door het vatenstelsel, waardoor uiteindelijk ook de rest van de boom sterft.
Om de kever voor te zijn, worden de vaccins ieder jaar in mei toegediend. De spuit wordt rondom iedere tien centimeter door de bast van de boom gestoken. Het vaccin wordt vervolgens door een geul in de buitenste laag van het levende weefsel gegoten. Zo is de boom vanaf de buitenkant tegen de ziekte beschermd. Omdat de stam ieder jaar een nieuwe ring van weefsel krijgt, moet het injecteren steeds worden herhaald. Het injecteren van de iepen gebeurt in de gemeente Utrecht dan ook al 30 jaar.

Stadsbomen

In totaal staan er meer dan vijfhonderd soorten bomen in de gemeente en dat aantal groeit. “Als een boom gekapt wordt, planten we vaak een andere soort terug”, vertelt Rob Vermeulen, boom expert van de gemeente Utrecht. “Zo proberen we de populatie beter bestendig te maken tegen het opwarmende klimaat.” De bomen die in Utrecht het meest voorkomen zijn de es, de eik en de linde. “Alle drie zijn het bomen die goed in de stad groeien, en goed tegen klimaatverandering kunnen.”
Een grotere diversiteit in bomen maakt de stad ook minder vatbaar voor ziektes. In Utrecht staan nu een paar boomsoorten die veel voorkomen en allemaal vatbaar zijn voor ziektes. Een paar jaar geleden werd dat pijnlijk duidelijk met de essentakkensterfte. Bijna alle essen in de gemeente waren ermee besmet. “Ook al is deze ziekte minder dodelijk dan de iepenziekte, het leek er toch op dat geen enkele es het ging overleven.”
“Veel gemeentes waar de ziekte heerste, hebben al hun essen gekapt. In Utrecht hebben we besloten om dat niet te doen”, gaat Vermeulen verder. Er kwam een plan van aanpak en daarmee het is gelukt om de schade te beperken. “De ziekte is in Utrecht nu redelijk stabiel. Het grootste deel van de essen staat er gelukkig nog.” Bij iedere es wordt nu jaarlijks gekeken hoe deze eraan toe is. In sommige gevallen betekent het dat de boom alsnog gekapt moet worden. Bij de grotere, prominente exemplaren wordt dat echter zo lang mogelijk uitgesteld.