Utrechtse IS-verdachte Tugba T. beroept zich op haar zwijgrecht en blijft in de cel

© ANP
Utrecht - De 33-jarige Tugba T. uit Utrecht, vermoedelijk deelneemster aan de terroristische organisatie Islamitische Staat, blijft vastzitten. Dat heeft de rechtbank besloten.
De vrouw zou van juni 2014 tot november 2022 banden hebben gehad met IS. Volgens het Openbaar Ministerie werkte haar Turkse echtgenoot en vader van haar twee kinderen voor de politie van IS en verdiende het gezin daarmee een inkomen. De Utrechtse beroept zich op haar zwijgrecht waardoor justitie geen inzicht krijgt in haar drijfveren om naar het strijdgebied af te reizen.
Tugba T. behoort tot een groep van twaalf vrouwen die in november zijn teruggehaald uit Syrië. De rechtbank houdt deze week inleidende zittingen in hun zaken. Ook het verhaal van de Alkmaarse zussen Amina (24) en Amal E. (37) kwam vanmiddag aan bod in de rechtbank. Beiden worden verdacht van het voorbereiden van terroristische misdrijven.
Zo wordt Amal verweten dat ze dokter en korandocente is geweest. Amina wordt verweten dat ze ook in ziekenhuizen heeft gewerkt en wapentraining heeft gegeven. Ook zou ze explosieven hebben geproduceerd en zijn er volgens de aanklager aanwijzingen dat beiden deel uitmaakten van vrouwenbrigades.
'In oorlogssituatie geplaatst door mensen die ze vertrouwde'
De advocaat deed tijdens de eerste zitting een vergeefs verzoek om Amina E. uit de vrouwengevangenis te krijgen, waar ze sinds november verblijft. E. volgde daar de zitting via een videoverbinding. Volgens haar advocaat Mirjam Levy is E. als kind in een oorlogssituatie geplaatst door mensen die ze vertrouwde en kan justitie "haar moeilijk verantwoordelijk houden voor wat zich daar heeft afgespeeld". De rechtbank wees het verzoek af, omdat deze stelling nauwelijks valt te beoordelen en de verdenkingen groot zijn.
Amina is volgens haar advocaat eerder slachtoffer van mensenhandel dan verdachte van terroristische misdrijven. Ze was nog maar 16 jaar toen ze door familie naar Turkije en later Syrië werd meegenomen. Een jaar later werd ze uitgehuwelijkt door haar broer. Ze zou hulp moeten krijgen in plaats van straf, zei de raadsvrouw.
De rechtbank behandeld vanmiddag nog een paar zaken, waaronder de zaak van een vrouw die wordt verdacht van het houden van een jezidi-vrouw als slaaf en een vrouw die wordt verdacht van plundering. Deze twee vrouwen waren niet bij hun zaak aanwezig.