Voorzichtig positieve geluiden over aanpak discriminatie op de Utrechtse woningmarkt

© ANP
Utrecht - Het gaat langzaamaan iets beter met woondiscriminatie in Utrecht. Uit onderzoek blijkt dat bijvoorbeeld homostellen en mensen met een buitenlands klinkende achternaam minder worden benadeeld dan enkele jaren terug.
In 2019 en 2020 concludeerde de gemeente dat homo's en mensen met een Marokkaanse achternaam minder vaak werden uitgenodigd voor een bezichtiging dan personen met een Nederlands klinkende naam en heterostellen. Maar in het nieuwste onderzoek van dit jaar blijkt dat er geen verschil meer is.
"Een mogelijke verklaring hiervoor is de groeiende aandacht in de media voor dit onderwerp", schrijft het Utrechtse stadsbestuur in een brief. Toch juicht de gemeente niet te vroeg. "In dit onderzoek is uitsluitend gekeken naar discriminatie in het eerste stadium van het verhuurproces, bij de selectie voor bezichtigingen. In latere fases kan uiteraard alsnog gediscrimineerd worden."
En dat blijkt inderdaad te gebeuren. Want het onderzoek laat zien dat bijna alle Utrechtse verhuurmakelaars bereid zijn in te gaan op discriminerende eisen van opdrachtgevers.
De gemeente zette zogenoemde 'mystery calls' in; mensen die een makelaar in de arm namen om hun huis te verhuren. Ze vertelden dat ze liever geen buitenlanders in de woning wilden, of geen homoseksuelen. Een deel van de makelaars benoemde dat dat wettelijk niet mag, toch waren ze bijna allemaal bereid mee te werken met het discriminerende verzoek. Net als tijdens de onderzoeken in 2019 en 2020.
Het Utrechtse college zegt gestaag voort te gaan met de bestrijding van woondiscriminatie. Verder wordt benadrukt dat de Utrechtse situatie niet veel verschilt van die in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag.