Celstraffen in zaak datadiefstal coronadossiers GGD: 10 maanden en 60 dagen

Amin L., advocaat Kim Kuster en Mourad Z. op een rechtbanktekening van Nicole van den Hout.
Amin L., advocaat Kim Kuster en Mourad Z. op een rechtbanktekening van Nicole van den Hout. © ANP
UTRECHT - Mourad Z. (21) uit Heiloo en Amin L. (23) uit Alblasserdam krijgen een celstraf omdat ze persoonsgegevens uit coronadossiers bij de GGD hebben gestolen en die vervolgens wilden verkopen. Dat heeft de Utrechtse rechtbank besloten.
Z. krijgt een straf van 10 maanden waarvan 5 maanden voorwaardelijk. Met aftrek van het voorarrest betekent dit dat hij nog voor 2 maanden terug de gevangenis in moet. L. is veroordeeld tot een celstraf van 60 dagen waarvan 34 dagen voorwaardelijk. Wat overblijft staat gelijk aan zijn voorarrest. Hij krijgt ook een taakstraf van 180 uur.

Eis justitie

De straffen zijn lager dan het OM heeft geëist, omdat de rechters onder andere rekening hebben gehouden met de jeugdige leeftijd van Z. en L.
Volgens het OM keek Z. bij 101 mensen onrechtmatig in de dossiers. In 62 gevallen maakte hij foto's van persoonsgegevens. Daarna bood hij het aan. L. - geen bekende van Z.- zocht vooral naar naar gegevens van bekende Nederlanders als Badr Hari, Lil Kleine en John van den Heuvel. Ook bekeek hij dossiers van Jesse Klaver en ex-vriendinnen. Foto's stuurde hij naar een vriend, waarna ze op Telegram terechtkwamen.
Vooral het feit dat hij de gegevens zocht van misdaadjournalisten, neemt de rechtbank hem erg kwalijk. "Juist bij deze personen brengt het inzien en verspreiden van hun persoonsgegevens extra veiligheidsrisico's met zich mee. Toen de verdachte de gegevens doorstuurde, verloor hij de controle over bij wie de gegevens terecht zouden kunnen komen."

Vanuit huis

De twee verdachten werkten vanuit huis bij een callcenter dat de GGD gebruikt voor het maken van afspraken en hadden daardoor toegang tot het systeem. Volgens de twee verdachten en hun advocaten heeft de GGD veel steken laten vallen als het gaat om training en inwerken van de uitzendkrachten die toegang hadden tot het registratiesysteem. Het OM stelde dat Z. en L. de wet moesten kennen. "Bij de training is er ook ruimschoots aandacht voor geweest", aldus de officier van justitie.